Agrariërs zijn bij de keuze voor zonneparken altijd leidend. Parken worden alleen op agrarische gronden ontwikkeld als de agrariërs hier zelf voor kiezen. Met enkele zonnepanelen velden kunnen de boeren inkomsten spreiden en hun bedrijf goed in stand houden. Na de levensduur van de zonneprojecten kan de grond weer agrarisch gebruikt worden wanneer dit gewenst is.
Zonneparken zorgen er voor dat in 2030 onze elektriciteitsvraag duurzaam opgewekt is. Voor dat doel zal in het uiterste geval slechts 0,5% van het agrarisch grondgebied gebruikt worden. Driekwart van de zonnepanelen wordt op daken gelegd, zo stelt het ministerie van EZK op basis van uitvoerig onderzoek.
Waar parken ontwikkeld worden is het wel zaak een aantal principes in acht te nemen. Zo kunnen parken goed vormgegeven worden om de natuur- en landschap zelfs te versterken en de omgeving bovendien financieel mee te laten profiteren. Een goede plaatsing van panelen met ruimte voor regen en licht zorgt dat de bodem levend en in takt blijft en agrarisch gebruik na ongeveer 20 jaar weer mogelijk is. De sector wordt verenigd in Holland Solar en ontwikkelt momenteel een gedragscode.
Het is onduidelijk waarom LTO Nederland pleit om zonneparken op landbouwgrond uit te sluiten in de Subsidieregeling Duurzame Energie. Het zou niet alleen de energietransitie raken; het beperkt ook de mogelijkheid voor agrariërs om hun bedrijfsinkomsten te spreiden en de toekomst van agrarische ondernemingen veilig te stellen.